Het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (CBG) meldt vandaag nieuwe inzichten rond bijwerkingen van carbimazol en thiamazol (Strumazol®). Deze medicijnen kunnen worden voorgeschreven bij de behandeling van een ‘te snelle schildklier’ (hyperthyreoïdie).
Alvleesklierontsteking
Het CBG meldt: “Bij gebruik van het schildkliermiddel met carbimazol/thiamazol bestaat het risico op een alvleesklierontsteking (acute pancreatitis). In dit geval moet het gebruik direct worden gestopt. Gebruik het medicijn niet bij patiënten die eerder een alvleesklierontsteking hebben gehad tijdens het gebruik van carbimazol/thiamazol.”
Bij een acute ontsteking van de alvleesklier is acute en hevige buikpijn de meest kenmerkende klacht. Hierbij is men geneigd voorovergebogen met de knieën omhoog te gaan zitten. De pijn kan uitstralen naar de rug, linkerzij en -schouder. Daarnaast zijn er klachten als: misselijkheid, overgeven en koorts. De ontsteking is meestal tijdelijk van aard. De alvleesklier heeft een belangrijke functie voor de vertering van voedsel en het reguleren van de bloedsuikerspiegel. (Alvleeskliervereniging)
Thiamazol kennen we in Nederland vooral als het merk Strumazol (fabrikant Aspen). Carbimazol (fabrikant Teva) wordt in het lichaam omgezet in thiamazol. Lees meer over thiamazol bij de behandeling van hyperthyreoïdie.
Zwangerschap
Daarnaast adviseert medicijnautoriteit CBG “dat vrouwen in de vruchtbare leeftijd anticonceptie gebruiken (tijdens het gebruik van carbimazol/thiamazol, red.). Dit aangescherpte advies geldt vanwege het verhoogde risico op aangeboren afwijkingen. Het risico is het hoogst in het eerste trimester van de zwangerschap en bij hoge doseringen.”
Het is bekend dat Strumazol niet gebruikt dient te worden tijdens (het begin van) de zwangerschap. Daar wordt dus nu aan toegevoegd het advies om effectieve anticonceptie tijdens de behandeling met carbimazol/thiamazol te gebruiken.
Zorgverleners geïnformeerd
Fabrikanten Aspen Pharma en Teva Nederland hebben over dit onderwerp een brief gestuurd, een zogenaamde ‘Direct Healthcare Professional Communication’ (DHPC). Door middel van een DHPC worden medische beroepsbeoefenaren op de hoogte gebracht van urgente en/of belangrijke veiligheidsissues van een geneesmiddel. De informatie in DHPC’s wordt verwerkt in de nieuwe bijsluiter van het betreffende geneesmiddel. De brief is in overleg met het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (CBG) en de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) gestuurd naar huisartsen, endocrinologen, gastro-enterologen (MDL-artsen), gynaecologen, kinderartsen en (ziekenhuis)apothekers.
Over bijwerkingen
Ook nadat een geneesmiddel op de markt is gekomen, na grondig te zijn getest, wordt het gevolgd. Dit wordt geneesmiddelenbewaking genoemd. Het signaleren en analyseren van bijwerkingen is een kerntaak van het CBG.
In Nederland kunnen patiënten en zorgprofessionals (vermoedelijke) bijwerkingen van geneesmiddelen melden bij het Bijwerkingscentrum Lareb. Lareb onderzoekt vervolgens of het mogelijk om een nieuwe bijwerkingen gaat. Het gaat vaak om zeldzame bijwerkingen, die pas naar voren komen als het geneesmiddel door heel veel mensen wordt gebruikt. Daarom wordt ook wereldwijd door de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) bijwerkingen verzameld, door het WHO Program for International Drug Monitoring.
Een voorbeeld van internationale samenwerking en voortschrijdend inzicht rond bijwerkingen, meldden we onlangs van levothyroxine. Door het verzamelen van gemelde bijwerkingen werd een bijwerking van de behandeling met levothyroxine gevonden. Bij overdosering kan dit leiden tot paniekaanvallen.
Vragen?
Heb je naar aanleiding van deze berichtgeving vragen, bijvoorbeeld over wat het betekent voor jouw situatie, neem dan contact op met je behandelaar.