Met struma of krop wordt een zichtbare of voelbare vergroting van de schildklier bedoeld. Struma komt zowel voor bij een traag werkende schildklier (hypothyreoïdie) als bij een snel werkende schildklier (hyperthyreoïdie). De werking van de schildklier kan ook normaal zijn. Er kunnen verschillende oorzaken zijn.
De vergroting van de schildklier kan egaal of knobbelig (nodulair) zijn. Met één knobbel noem je het een nodus, met meer knobbels noem je het multi-nodulair.
In gebieden met voldoende jodium in de voeding, zoals in Nederland, komt naar schatting bij ongeveer 5% van de bevolking struma voor. Voor schildklierknobbels geldt dat ongeveer 5% van de vrouwen en 1% van de mannen een voelbare schildklierknobbel hebben.
Oorzaken
Een struma kan ontstaan door bijvoorbeeld:
- jodiumtekort
- schildklierontsteking
- struma veroorzakende stoffen zoals: thiocyanaat
- schildklierremmend middelen
- lithium
Wereldwijd is jodiumgebrek de belangrijkste oorzaak voor struma. In Nederland komt dit nauwelijks voor.
Er zijn verschillende soorten knobbels bijvoorbeeld:
- cyste (holte gevuld met vocht)
- colloïd nodus (knobbel met sponsachtige samenstelling)
- solide nodus (knobbel die geheel uit weefsel bestaat)
De meeste schildklierknobbels zijn goedaardig. Een klein percentage (ongeveer 5%) van de voelbare schildklierknobbels is kwaadaardig.
Lees meer onder Diagnose stellen